De rechter gaat bekijken of het bestuur financieel verantwoordelijk kan worden gehouden voor het wanbeleid bij Meavita. De Ondernemingskamer heeft -na een ingesteld onderzoek- geoordeeld dat er sprake is geweest van wanbeleid bij Meavita en dat dat wanbeleid heeft geleid het faillissement van Meavita in 2009. Het onderzoeksrapport geeft een aantal voorbeelden van dat wanbeleid. Zo stak het bestuur veel tijd en geld in ‘absurde projecten’ en lag het bestuur vaak overhoop met de Raad van Toezicht. Het verloop onder managers was heel normaal waarbij ontslagvergoedingen van 500.000 euro gebruikelijk was. De raad van toezicht, onder voorzitterschap van Loek Hermans, wist ervan en greep niet in.
Dit betekent dat ook de raad van toezicht financieel verantwoordelijk kan worden gehouden.

Meavita ging in 2009 failliet met een schuld van 48 miljoen euro. Meavita had zo’n 100.000 cliënten en 20.000 werknemers. Volgens Abvakabo FNV gaat deze zaak de geschiedenis in als “debacle dat voor eens en altijd duidelijk maakt dat falende bestuurders en toezichthouders niet zomaar mogen wegkomen met wanbeleid”.
Meavita was pas twee jaar voor het faillissement ontstaan door een fusie van enkele zorginstellingen.