“Waarom zou je personages moeten verzinnen? Er zijn zoveel mensen die zijn gestorven die wachten op wederopstanding, die wachten op een levensbeschrijving.”
Rokus Hofstede: “Namen opduiken uit het archief, met een geboortedatum en een sterfdatum en daar dan een leven bij verzinnen dat is heel kort gezegd wel de werkwijze van Michon. Hij zegt ook waarom zou je personages moeten verzinnen? Er zijn zoveel mensen die zijn gestorven die wachten op wederopstanding, die wachten op een levensbeschrijving. Hij noemt dan zelfs het beroemde scheermes van Ockham: Je moet het aantal entiteiten niet nodeloos vermeerderen.
Dat is natuurlijk een soort boutade maar hij zegt al die mensen die anoniem en vergeefs gestorven zijn, zij wachten misschien op een verhaal, zij wachten er misschien op dat hun verhaal wordt verteld. Dus hij heeft een soort mededogen voor de naamlozen uit de geschiedenis. Met die blik kijkt hij ook naar de beroemde namen, de halfgoden, de heiligen, de kunstenaars die vaak gemythologiseerd worden tot halfgoden en heiligen, en hij ziet hen ook als de naamlozen die ze ooit waren of die ze hadden kunnen blijven als het anders was gelopen, als ze niet boven zichzelf waren uitgegroeid in hun werk.”
Piero verhoudt zich in die beschrijving tot Lorentino als het gekleurd object in een schilderij dat in de schaduwpartijen zijn complementair bij zich draagt. Michon licht Lorentino voor even liefdevol op uit die schaduw.
In Pierre Michons bundel Meesters en Knechten, is ook een verhaal opgenomen over Lorentino een leerling van Piero della Francesca (1412-1492) die nog een keer bij zijn inmiddels blinde meester op bezoek gaat.
In de afbeelding bovenaan deze aankondiging een detail van het centrale paneel van het Veelluik van de Barmhartigheid (1445-1462) van Piero della Francesca (collectie: Museu Civico in Sansepolcro). Het polyptiek is hier in zijn geheel te zien.(bron: Wiki Commons) Dit centrale paneel toont een meer dan levensgrote Madonna die met haar opengespreide mantel een soort kapel vormt in de beschutting waarvan een klein gezelschap in aanbidding is neergeknield. Piero heeft zichzelf in deze scene geschilderd: hij is de omhoogkijkende figuur met de rode kraag.
*Dit gesprek werd voor het eerst uitgezonden op 4 oktober 2019.
Op Spotify & Soundcloudis een speellijst te vinden met een ruime selectie van de afleveringen van Springvossen. Springvossen is ook te beluisteren op Salto Amsterdam.
Opening: Anton Webern, Variationen, Op.27, II. Sehr schnell (1936) door Michuko Uchida – piano . Album: Schoenberg – Berg – Webern. Michuko Uchida en het Cleveland Orchestra o.l.v. Pierre Boulez (2000, Philips)
Slot: Thelonious Monk, Raise Four met Thelonious Monk – piano, Charlie Rouse – tenor saxophone, Larry Gales – bass, Ben Riley – drums. Album: Thelonious Monk, Underground (1968, Columbia Records)