Na een wedstrijd die vooral voor vreugde in Nijmegen zorgde, ging het na afloop aan Amsterdamse zijde al snel over het aankomende seizoen. Na het vertrek van Poulsen, het waarschijnlijke vertrek van Moisander en de Jong en de geruchten rondom een vertrek van bepalende spelers als Veltman, Klaassen en Schöne – die werd verkozen tot Ajacied van het jaar – was Ricardo van Rhijn heel duidelijk; “Ik blijf zeker. Volgend jaar moet het mijn jaar worden en wil ik de stap zetten die bijvoorbeeld ook een Daley Blind dit jaar heeft gemaakt”.

Dit seizoen kenmerkte zich bij van Rhijn vooral door wisselvalligheid. “Een zes min”  gaf hij zichzelf. Dat had niet te maken met een gebrek aan motivatie in een wedstrijd die er voor de landskampioen eigenlijk niet meer toe deed volgens de rechtsback. “Ik wilde juist graag een goede wedstrijd spelen, voor het publiek, maar vooral voor mezelf om het seizoen met een goed gevoel af te sluiten.”

Dat lukte dus slechts gedeeltelijk, hoewel van Rhijn in verdedigend opzicht zijn taken naar behoren uitvoerde. De twee tegendoelpunten die Ajax incasseerde kwamen grotendeels op het conto van centraal gelegenheids duo van der Hoorn en Blind. Van vermoeidheid was wel enigszins sprake aldus meerdere Ajacieden en misschien hielp de teleurstelling van het missen van het trainingskamp in Indonesië – Ajax speelt aankomende periode een aantal vriendschappelijke wedstrijden in dat land – de verdediger ook niet echt mee. Anderzijds kan het missen van het trainingskamp duiden op een uitnodiging van bondscoach van Gaal, die een “zes min” wellicht toch genoeg vindt voor een selectie voor het grote Oranje.

Welk rapportcijfer het ook mag zijn; Ajax is landskampioen en van Rhijn staat alvast te popelen om volgend seizoen de vijfde titel op rij binnen te gaan slepen. “Ik kijk er al bijna weer naar uit na een korte vakantie en dan moet het echt een heel goed jaar gaan worden voor mezelf.”